Mieke Kox
Gammele bootjes vol mensen met oranje reddingsvesten. De op het Turkse strand aangespoelde Syrische peuter Alan Kurdi. Overvolle tentenkampen met onvoldoende voorzieningen. Grote groepen mensen wandelend langs het spoor. Deze beelden beheersten het nieuws in 2015 toen de zogenaamde ‘vluchtelingencrisis’ op haar hoogtepunt was en grote groepen migranten op verschillende manieren Europa probeerden binnen te komen.
Deze ‘vluchtelingencrisis’ staat centraal in de documentaire ‘Human Flow’ van de Chinese dissident Ai Weiwei die op 19 november in première ging op het International Documentary Film Festival Amsterdam (IDFA). Weiwei volgt in deze indrukwekkende film migranten op de vlucht, hij laat hen aan het woord over hun vlucht en voorziet de beelden van achtergrondinformatie over migratie. Met behulp van drones en camera’s op de grond laat hij, middels prachtige en soms ook surrealistische beelden uit 23 landen, zien welke menselijke drama’s er achter de vluchtelingencrisis schuil gaan. Weiwei hoopt dat zijn publiek zich door deze film identificeert met vluchtelingen.
Volgens de recensies van de film slaagt Weiwei hier zeker in, maar hij schept het beeld dat de vluchtelingencrisis vooral een menselijke crisis betreft. Hij gaat hiermee naar mijn idee voorbij aan de werkelijkheid; deze problematiek is immers het gevolg van de huidige politieke realiteit in de wereld, de beleidsmatige keuzes die in verschillende landen worden gemaakt en de hieruit voortvloeiende grenzen die worden opgetrokken om migranten te weren. Stel jezelf daarom na het kijken van deze film ook vooral de vraag wat de film zegt over het huidige migratiebeleid. Hoe dienen samenlevingen om te gaan met migratie? Welke of wiens belangen wegen hierbij het zwaarst? Wie is waarvoor verantwoordelijk? Wat zijn de consequenties van de gemaakte keuzen voor migranten, voor ontvangende samenlevingen en voor de verzorgingsstaat? Wat als het alleenstaande mannen betreft die op de vlucht zijn in plaats van de gezinnen, vrouwen en kinderen die in de film centraal staan? Kunnen en willen we ons bij het in acht nemen van de politieke realiteit nog steeds met de migranten identificeren?